Bij het bewegen spelen de botten, gewrichten, spieren en pezen een belangrijke rol. We spreken ook wel van het “bewegingsapparaat”. De spieren leveren de kracht die nodig is om onze ledematen te bewegen. Bij een bewe- ging fungeren de gewrichten als scharnieren. Om de bot- ten t.o.v. de gewrichten op de juiste plaats te houden zijn ze omgeven door een beschermend kapsel.
Dit alles komt uitvoerig bij de lessen biologie aan bod. Kijk die lessen nog maar eens na. Kijk als voorbeeld maar naar de opbouw van een kniegewricht.
<<<
Het menselijk lichaam is in staat om een groot aantal bewegingen al dan niet met kracht uit te voeren ... maar soms gaat het mis. Spieren en pezen kunnen bijvoorbeeld scheuren, er kan ontwrichting optreden en botten kunnen breken.
We spreken dan van blessures.
Het woord blessure is afgeleid van het Franse woord “blesser” dat verwonden of kwetsen betekent. Iedereen loopt wel eens een (sport)blessure op.
Meestal is een blessure tijdelijk van aard. Dat wil zeggen, na verloop van tijd zal volledig herstel op- treden. Bij ernstige blessures kan er sprake zijn van onvolledig herstel.
<<<
En ondanks het feit dat we dus allemaal wel eens met een blessure te maken krijgen, staan de meesten met de handen in het haar als ze bij een blessure betrokken zijn!
Ten tweede zien we dat er verschillende oorzaken te onderscheiden zijn. Er is uitvoerig onderzoek gedaan naar die oorzaken.
Bij een sport als basketbal is het springen een belangrijke oorzaak van het oplopen van een blessure. Draaien en tegelijkertijd springen geeft een extra gevaar.
Bij een sport als voetbal is het lichamelijk contact tijdens acties een belangrijke oorzaak van blessures. Bij hockey kunnen we natuurlijk ook denken aan een klap met een stick of het getroffen worden door de bal.
Dan is er nog een punt dat opvalt. Sporten als rugby en boksen worden in het rijtje niet genoemd. Is de kans op blessures daar zo klein?
Natuurlijk niet, maar het aantal beoefenaars is daar veel minder zodat het minder opvalt.
<<<
Ondanks allerlei factoren waar we o.a. rekening mee moeten houden om blessures te voorkomen (goede kleding, beschermartikelen, niet als "een gek" er tegenaan gaan) zullen we er nooit in slagen om blessures geheel en al te voorkomen. In het laatste gedeelte van deze les gaan we in op een aantal typische blessures die bij het sporten kunnen voorkomen. We spreken daarom ook wel van sportblessures of sportletsels. De term sportblessure is misleidend in die zin dat bepaalde blessures zo altijd aan sport gekoppeld worden terwijl dat onjuist is. Een slechte houding en bepaalde ziektes (infecties) kunnen bijvoorbeeld ook oorzaak zijn van letsels.
Onderscheid tussen acute en chronische letsels
Bij sportblessures moet altijd een onderscheid worden gemaakt tussen blessures die acuut ontstaan zijn, bij- voorbeeld als resultaat van een “ongelukkige beweging”, en blessures die chronisch (aanhoudend) zijn, bijvoor- beeld als resultaat van voortdurende overbelasting van de gewrichten, of het teveel uitvoeren van een bepaalde beweging. Voorbeelden van acute blessures zijn: een kneuzing, een bloeding, een gebroken been, een hersen- schudding, een gekneusde rib en een arm uit de kom.
Voorbeelden van chronische aandoeningen zijn: peesont-
stekingen, knieklachten en de bekende tennisarm.
<<<
Een belangrijk principe bij het verlenen van eerste hulp is het zogenaamde ICE-principe. ICE is het Engelse woord voor koeling en koeling is een belangrijk aspect. Door koeling zullen de bloedvaten samentrekken.
Hierdoor zal de bloedstroom naar getroffen delen afnemen. Het gevolg is dat bloedingen minder worden, er minder zwelling optreedt en er een snellere genezing zal optreden. Bovendien zal afkoeling tot plaatselijke pijnstilling leiden, iets wat de geblesseerde sporter zeker aangenaam zal vinden.
I: immobilisatie
Door immobilisatie (= niet meer kunnen bewegen) zorgen we ervoor dat het getroffen lichaamsdeel niet meer belast kan worden.
C: compressie
Naast koeling moeten we vaak een drukverband aanleggen om een bloeding tegen te gaan.
E: elevatie
Door het getroffen lichaamsdeel hoog te leggen, dat wil zeggen hoger dan de positie van het hart, zal een bloeding verder worden tegengegaan. Bij een uitgebreide bloeding zal men elevatie wel 24 tot 48 uur moeten volhouden.
<<<
Kneuzing
Een kneuzing is steeds het gevolg van een mechanische “klap”. Het kan letterlijk om een klap gaan, maar de “klap” kan bijvoorbeeld ook het gevolg zijn van een val of een botsing met een medespeler.
Als gevolg van zo’n klap zal het spierweefsel beschadigd raken en ervaren we pijn. Gewoonlijk zal er ook een bloe- ding optreden.
<<<
Verzwikking
Vrijwel iedereen heeft zijn enkel weleens verzwikt. Je verstapt je, bijvoorbeeld op een ongelijke vloer, en je voet draait daarbij ongelukkig. Meestal zullen de gewrichtsban- den te veel zijn uitgerekt. Maar de blessure kan ernstiger zijn. Gewrichtsbanden kunnen scheuren en er kan zelfs een stukje bot afbreken.
Bij een verzwikking is er sprake van beschadiging van de structuren rond het gewricht zonder dat dit leidt tot een afwijkende stand van de botten. Meestal gaat het om de gewrichtsbanden.
In het geval van een ernstige verzwikking (volledig verlies van beweging, aanhoudende hevige pijn) moet onmiddel- lijk met het sporten worden gestopt.
<<<
Spierscheuring
Spier- en peesscheuringen kunnen ontstaan door korte felle bewegingen. Vaak heeft men geen goede warming- up gehad. Het verschil met de voorafgaande aandoening- en is dat nu weefsel is gescheurd. Dat kan op verschillen- de plaatsen zijn: in de spier maar ook bij de aanhechting aan het bot. Een scheuring is in principe een ernstig letsel en men moet dus een arts raadplegen.
<<<
Made with
Landing Page Software